verlaten

{{verlaten}}{{/term}}

I 〈overgankelijk werkwoord〉

1 [algemeen]quitter

2 [in de steek laten; niet meer toepassen] abandonner

♦voorbeelden:

1   de trein verlaten • descendre du train

2   een verlaten buurt • un quartier désert

     een verlaten huis • une maison abandonnée

     dit procédé heeft men verlaten • on a abandonné ce procédé

     door iedereen verlaten • abandonné de tous

     van God verlaten zijn • 〈van personen〉 s'abandonner au vice; 〈van steden, enz.〉 être abandonné

II 〈wederkerend werkwoord; zich verlaten〉

1 [te laat komen] se mettre en retard

♦voorbeelden:

¶   zich verlaten op • 〈vertrouwen〉 s'en remettre à; 〈rekenen op〉 compter sur

Deens-Russisch woordenboek. 2015.